Een duitjen

  • Woorden van Langbein, uit “Ons Leven” getrokken
  • Getoonzet door Karel Mestdagh
  1. Een duitjen en een stuiver
    Zijn gansch ’t vermogen mijn!
    Het duitjen is voor ‘t ‘Werchter’,
    De stuiver is voor wijn.
    De baas en zijne deerne,
    Zij zuchten ‘wee!’ en ‘ha!’
    De baas wanneer ik kome )
    De deerne als ‘k henenga. ) bis

  2. Mijn leerzen zijn in slunsen,
    Mijn schoen de zolen los,
    En buiten zingt de vogel
    Dat ’t hellemt in het bosch.
    En kan ik niet gaan wand’len
    Ik blijve ’t huis alsdan!
    En heeft het vat geen krane )
    Zoo drink ik er niet van. ) bis

Opname: volledig lied

Beluister op YouTube.

Partituur